`g=1,02`
`p(t)=43000 *1,02^t`
Ongeveer `35` jaar.
`40520` passagiers
`1,219`
`1,005`
`text(D)_(f)=ℝ` ; `text(B)_(f)=langle400 , →rangle` ; de horizontale asymptoot is `y=400` .
`text(D)_(g)=ℝ` ; `text(B)_(g)=langle text(-)40 , rarr rangle` ; de horizontale asymptoot is `y=text(-)40` .
`x=8`
`xge text(-)6,22`
`x > 3`
Met factor `0,8` .
Ongeveer `42,8` % wordt geabsorbeerd.
Ongeveer `10,3` cm.
De groeifactor per mm is ongeveer `0,978` .
`f(x)=text(-)2*16^x+12`
De standaardfunctie `y=16^x` .
Eerst met `text(-)2` vermenigvuldigen ten opzichte van de `x` -as en daarna de translatie van `12` ten opzichte van de `x` -as.
`h(x)=8,9*0,750^x`
`text(D)_(f) = [0, →⟩` en `text(B)_(f) = [0, →⟩` .
`text(D)_(g) = ⟨←, 6⟩` en `text(B)_(f) = ⟨0, →⟩` .
`f(x) ≥ g(x)` voor `2 ≤ x ≤ 4` .
Dat duurt ongeveer `22,9` minuten.
Nee, als `g=6` , dan `t=11 *6^ (2/3) ≈36,3` minuten.
`T=80 +11 *g^ (2/3)` .
Nee, de totale braadtijd is niet recht evenredig met een macht van het gewicht.
Jamaica is ongeveer
`1300`
km2 groot.
Volgens de theorie dus
`S≈3 *1300^(0,30)≈26`
.
`10^(0,30)≈2`
Grote reservaat zal ongeveer
`18`
soorten tellen.
Elk van de kleine reservaten zal ongeveer
`15`
soorten tellen, samen
`2 *15 -8 =22`
soorten.
Men kiest oplossing 2.
Elke nacht wordt `3` % van het water ververst, `97` % niet, dus er blijft `0,97 *500 =485` g ureum over. De tweede dag komt er weer `500` g ureum bij, samen `985` g. Aan het begin van de derde dag is daar nog `97` % van over: `0,97 *985 =955,45` g.
Begin dag 3: `955,45` g en eind dag 3: `1455,45` g. Begin dag 4: `1411,79` g en eind dag 3: `1911,79` g. Begin dag 5: `1854,43` g en eind dag 3: `2354,43` g. Dus in de loop van de vijfde dag.
Nu wordt `20` % van het totaal ververst. Er blijft dus `80` % van `U+500` over, dat is `0,8 (U+500 )=0,8 U+400`
`500 *0,8^n>0` voor elke `n` , dus `2000 -500 *0,8^n < 2000` voor elke `n` .
Eigen antwoord.
Het totale volume is `100+x` dm3.
De totale massa is `100+x*1,18` kg.
De dichtheid is `d = (100+1,18x)/(100+x)` .
`d = (100+1,18x)/(100+x) = (118+1,18x-18)/(100+x) = (118+1,18x)/(100+x) - 18/(100+x) = 1,18 - 18/(100+x)`
`d = 1,18 - 18/(100+x) = 1,18 - 18*(x+100)^(text(-)1)`
De horizontale asymptoot is `d=1,18` . Als je heel veel zoutzuur toevoegt, krijgt het mengsel ongeveer de dichtheid van pure zoutzuur.
`(100+1,18x)/(100+x) = 1,09` geeft `100+1,18x = 109 + 1,09x` en `0,09x = 9` .
Dus `x = 9/(0,09) = 100` dm3 zoutzuur.