Je ziet een afbeelding van een balk. Er is een vlak `PBQH` in getekend, `P` en `Q` zijn de middens van de ribben waar ze op liggen.
Welke drie groepen lijnstukken zijn in werkelijkheid evenwijdig?
Welke vorm heeft het zijvlak `BCGF` in werkelijkheid?
Welke vorm heeft het diagonaalvlak `ACGE` in werkelijkheid?
Welke vorm heeft het vlak `PBQH` in werkelijkheid?